Lente

Speenkruid

Het vroege voorjaar is mijn favoriete seizoen, nog net voor speenkruid en het geluid van de eerste weidevogels, op sommige  winterdagen voel en ruik je het al in de lucht, die tinteling en geur van licht, ver voor uitbotting of overduidelijk vernieuwd leven.

De zon in februari of strak maart, zon voorbij de winter maar nog voor die voorbij is, pluk je diep in de slootrand als een lentester.

 

Uit Stadspoort, tijdpoort

De draaiing in het pad, de brede kroon van de boom, en het stromen zelf wekken het besef dat hier, pal achter de poort en op de brug, geschiedenis toekomst ontmoet. Geschiedenis en toekomst aanschouwen elkaar bevreemd, knikken en gaan vervolgens aan elkaar voorbij in het besef dat er hier en nu geen verschil tussen beide bestaat. De poort, het pad, de brug, de rivier, het overvalt haar, ze hapt naar adem, een indringend immense ervaring alsof zij ineens één is met wie zij is en ooit zal zijn.

Verder, en langs een bouwvallig, strak langs de dijk afgevlakt pand ziet zij een paadje naar de rivier, het lijkt privé, zij neemt het, zij kan niet anders.

Ineens komt er een meneer, een oudere man, oud, krom en grijs, de man van het privé, een kluizenaar denkt ze, hij komt van achter en ik schrik niet als hij vraagt of ik naar de overkant wil, hij komt naast mij staan en zwijgt. Ik kijk naar hem, hij wijst naar het roeibootje, het bootje had ik gezien en mijn gedachten over gehad, spanen zie ik nu pas, hij heeft ze bij zich.

Wij zwijgen. Hij zegt na verloop van tijd, die appeltjes kun je eten. Ik had de appeltjes gezien en mijn gedachten over gehad, geen haar op mijn hoofd die er aan dacht om ze te eten, ik had ze gezien, niet gedacht aan eten, ik had geen honger. Ik dacht mijn gras is groen aan deze kant.

 

Stadspoort, tijdsprong

Langs de kromming golven eeuwvlagen,

door de boog van de poort,

ritselen tijdlagen ijldun tegemoet.

Lichtheldere kristallach, flarden, wisselend,

het grondse geuren strijkt, zware diesellucht,

repeterend donker dreunen,

klapperend doek, klokslagen verspringen,

het bonkend ritme slingert heden en oud.

Tijdsprong, voetstappen in het karrenspoor.